Overheden

673b219c774ba68b572f8362_24-11_onno-blase_KSA_Das-festival_aankondiging_02_1080x1350.jpg



Evenemententerrein Tuinen van West

De Tuinen van West vormen door haar polders een mooi en afwisselend landschap. De relatieve kleinschaligheid in de nabijheid van de stad maken het gebied uniek.

Als de recreant het gebied betreedt, moet er een duidelijk gevoel zijn dat je buiten de stad bent, een rustig gebied binnen treedt. De openheid, de luchten en de groene, niet stedelijke voorzieningen geven hier de recreant de ruimte om bij te komen. Het is zaak dat het gebied als geheel een heldere identiteit krijgt. Daarnaast is het ook belangrijk dat elke polder zijn eigen karakteristieken houdt en versterkt.

In het hart van de tuinen, de Osdorper Binnenpolder, hebben we een evenemententerrein gerealiseerd dat is geënt op de oorspronkelijke identiteit van het gebied. Een open polder met markante lanen en bomenweides, ontworpen door Cornelis van Eesteren. Om de openheid te koesteren, maar toch een besloten ruimte te kunnen maken hebben we twee reusachtig gekantelde kavels gemaakt. Deze tillen het maaiveld op tot wel vijf meter. De kloof die hierdoor ontstaat biedt beschutting voor in een verder open polder. In de kloof is ruimte voor evenementen, speelvoorzieningen en horeca. Op de gekantelde kavels spelen de grootschalige evenementen zich af.

Rond het terrein is voorzien in ruimte voor (fiets)parkeren, noodroutes, en overige facilitaire voorzieningen als evenementenaansluitpunten.

 













  • Kenmerken
Kenmerken

Evenemententerrein Tuinen van West

Locatie: Amsterdam

Opdrachtgever: Gemeente Amsterdam

Partners: BWZ ingenieurs, DRO Amsterdam (Pieter Boekschooten, Femke Haccoû)

Status: Uitgevoerd


Buitenpodium onder de rook van Amsterdam


Wildernis-DEF-1280x960.jpg

Wonen in het bos



Wonen in het bos

Aan de westzijde van Dronten ligt een bescheiden bosje van enkele jaren oud dat het decor vormt voor enkele unieke en duurzame woningen. De gemeente Dronten heeft ons gevraagd om onderzoek te doen naar een passende en kwalitatieve invulling van deze boswoningen. Hierbij staan de kwaliteit van het bestaande bos en de nieuwe woonomgeving centraal.

We hebben gezocht naar de essentie van wonen in een bos en uitgewerkt in een visie. Om te komen tot het beoogde resultaat hebben we de benodigde ruimtelijke randvoorwaarden voor de ontwikkeling van de woningen vastgelegd in een kavelpaspoort. Hierin staan de kaders vermeld voor de omgang met de kavels, gebouwen en de openbare ruimte. Op grond hiervan kunnen de gemeente en nieuwe bewoners aan de slag met het realiseren van hún droomwoning in het bos.







Toegang tot de natuur

Het bestaande bos is onderdeel van het groene casco in de wijk. Het biedt een gevoel van ruimte en eindeloosheid tussen de omringende bebouwing. Bovendien geeft het bos directe toegang tot het verderop gelegen Wisentbos.
Daarnaast biedt het bos ruimte voor de lokale jeugd om te ravotten en hutten te bouwen. Het is hiermee een van de weinige ongeplande ruimtes in Het Palet. De waarde van het bos in de wijk is te hoog om zonder meer met het maximale toegestane programma te bebouwen. We zijn daarom op zoek gegaan naar een woonvorm met een bescheiden impact op de omgeving en oog voor de bestaande kwaliteiten van het bos.



In het hart van het bos maken we ruimte voor een bescheiden bouwprogramma. Zo blijft het groene karakter van het bos behouden. De ruime en bosrijke vrije kavels zijn verspreid gelegen langs een centrale ontsluiting. De ontsluiting naar de woningen is ingericht als openbare weg welke is voorzien van de benodigde parkeerplaatsen bij de woningen. De openbaarheid waarborgt het toegankelijke en publieke karakter van het gebied.
De nieuwe woningen worden omgeven door een gesloten en opgaand bos. Naar de erven toe opent zich de struiklaag en ontstaat het karakter van een bosweide. Ter hoogte van het bouwvlak opent zich ook het kronendek. De tuinen gaan naadloos over in de omgeving. De woningen zijn enkel met een vlonder verankerd aan de bosbodem.







Voor plant en dier

De hoofdvraag die we voor het project Wonen in het bos gesteld hebben is: ‘hoe vergroot ik met deze ontwikkeling de natuurwaarden van het bos?’

‘Zie de woning als een groot rotsblok dat je op een open plek in het bos legt. Welke kwaliteiten voor plant en dier kan dat opleveren? En welke interacties gaat het gebouw aan met de omgeving?’

Het is een uitdagende vraag die we mee geven aan de initiatiefnemers die straks op deze unieke plek in het bos mogen bouwen. Deze plekken moeten na voltooiing een meerwaarde vormen voor het bos. Niet alleen voor de bewoners en omwonenden, maar juist ook voor planten en dieren.

We willen de bewoners uitnodigen met hun ontwikkeling een bijdrage te leveren aan de natuur in het bos. Bijvoorbeeld door met het oog op voorkomende vogels struweel aan te planten op de overgangen tussen licht en donker. Of door nestgelegenheid en voedsel te bieden voor solitaire bijen. In de woning of in de tuin. Of door koele, vochtige ruimten, spleten of kieren in of onder de woning aan te brengen, zodat ook vleermuizen, kleine zoogdieren of insecten hier een goed heenkomen kunnen vinden. De voorbeelden zijn talrijk en de mogelijkheden eindeloos. Aan de toekomstig bosbewoners de uitdaging een invulling te kiezen die past bij de plek in het bos, de eigen vindingrijkheid en woonwensen.









Natuur als onderdeel van het kavelpaspoort

De bouwkavels kennen een zonering in een bouwvlak, omgeven door een bosweide en daaromheen een zone opgaand bos. Op deze drie zones zijn voorwaarden van toepassing. Deze zijn vastgelegd in een kavelpaspoort. Alle percelen worden op hun beurt omgeven door openbaar bos.

De buitenste zone van de bouwkavels bestaat uit het bestaande gesloten bos met aanwezige onderbegroeiing. Het bos moet met inbegrip van deze struiklaag duurzaam in stand worden gehouden. Wel mag de vegetatie worden aangevuld met inheems plantgoed en stinzenplanten. Zo ontstaat een visueel aantrekkelijke en toch natuurlijke vegetatie.
In de zone rond het huis is men vrij om de struiklaag en heesters in het bos te verwijderen of snoeien. Zo ontstaat er een ‘bosweide’ rond de woning: een vrij maaiveld onder een kronendek. Vanuit de woningen zijn zo naar gelang de behoefte diverse doorzichten te realiseren. De bestaande opgaand bomen dienen permanent in stand te worden gehouden.
In het bouwvlak dienen de gemarkeerde bomen als toekomstboom te worden opgenomen in het bouwplan van de architect.



Bos als beeldkwaliteit

Om een natuurlijke inrichting van de tuin en de woningen in het bos te garanderen hebben we randvoorwaarden omschreven voor de invulling van de buitenruimte. Deze hebben tot doel om te komen tot een natuurlijke beeldkwaliteit waarbij zoveel als mogelijk sprake is van een doorlopend maaiveld en dito bosbeeld.

De woningen krijgen een beperkte voetafdruk in het bos, en ook het gebruik van hekwerken en schuttingen is beperkt tot natuurlijke materialen met een beperkte hoogte. Te denken valt aan schapenraster of een hekwerk van tamme kastanjehout.





  • Kenmerken
Kenmerken

Wonen in het bos

Locatie: Dronten, Flevoland

Opdrachtgever: Gemeente Dronten

Status: Onderzoek

Periode: 2021-2023

Thema: Openbare ruimte, wonen, natuurinclusief, duurzaam



Je eigen droomplek in het bos


1926-wattez-1280x853.jpg

Hoevelakense Bos

Landgoed Hoevelaken kent een rijke geschiedenis. Niet voor niets is Huis Hoevelaken met historische tuin-, park- en bosaanleg aangewezen als Rijksmonument. Het Hoevelakense Bos kan (de groei van) de recreatieve druk echter niet meer aan. Met gevolg dat de cultuurhistorische, ecologische en landschappelijke waarden afnemen.


Beleving onder druk

De gemeente Nijkerk heeft het initiatief genomen om een planproces te organiseren voor het Hoevelakense Bos en zijn omgeving waarbij alle betrokkenen actief mee kunnen denken over de toekomst van het bos en zijn omgeving. Samen met Jan Maurits van Lingen (Xi ontwerp) en de betrokken hebben we gewerkt aan een robuuste visie voor de toekomst van het Hoevelakense Bos en omgeving. De visie bevat een concreet en financieel haalbaar uitvoeringsplan voor de komende jaren waarmee we de recreatieve capaciteit van de omgeving van het Hoevelakense Bos vergroten. Hiermee zijn we in staat de recreatieve druk beter te verdelen waarbij de historische en ecologische waarden worden behouden en waar mogelijk ontwikkeld.









Landgoed Hoevelaken kent een rijke cultuurhistorie van lanen, zichtlijnen en waterpartijen. De Middenlaan, waar het park omheen is ontworpen, is nog duidelijk herkenbaar. Andere cultuurhistorische elementen die het park en bos zo bijzonder maken zijn verwaarloosd of verdwenen.

De maatregelen die we voorstellen zijn er op gericht om de cultuurhistorie, zowel in het Hoevelakense Bos als daarbuiten, beter zichtbaar en beleefbaar te maken. De historische padenstructuur wordt, waar mogelijk, hersteld. Het ‘sterrenbos’ dat ooit in het zuidelijke deel van het Hoevelakense Bos lag, wordt deels gereconstrueerd en op een logische manier verbonden met de routestructuur in en om het bos.

Hoewel in het noordelijk deel van het bos de nadruk meer op natuur komt te liggen, zoals dat in de aanleg van de ‘Wildernisse’ ook bedoeld was, worden de routes gekoppeld aan het Engelse en Franse Werk. Deze werken worden geconserveerd zodat ze niet verder in verval raken. Hiermee worden deze bijzondere ontwerpelementen uit de oorspronkelijke parkaanleg zichtbaar en herkenbaar voor de bezoekers.



Oude kerkepaden in het gebied vormen een aanleiding voor nieuwe routes van en naar het bos. Ten westen van het bos wordt zo een nieuw wandelpad op een oude plek in ere hersteld. Ook buiten het Hoevelakense Bos is er aandacht voor de cultuurhistorie. Ten oosten van het bos ligt het voor de veengebieden karakteristieke slagenlandschap. Lange, smalle kavels worden van elkaar gescheiden met sloten en elzensingels. Behoud en ontwikkeling van dit landschap is hier de inzet.

Ten westen van het Hoevelakense Bos gaat het slagenlandschap over in het mozaïek van blokvormige kavels die de opmaat vormen voor de hogere en drogere Utrechtse Heuvelrug. Dit verschil in kavelstructuur komt tot uitdrukking in de vormgeving van het ‘nieuwe landschap’ dat zich hier zal ontwikkelen. Ten zuiden van het Hoevelakense Bos kan de oorspronkelijke locatie van het eerste Huis Hoevelaken dienen als bron van inspiratie voor de verdere ontwerpuitwerking van dit gebied.









Samen met bewoners en gebruikers

Om tot een ontwikkelingsvisie voor het Hoevelakense Bos en Omgeving met draagvlak onder betrokkenen te komen is een interactief planproces georganiseerd
waarin iedereen mee kon denken.

Bewoners en grondeigenaren zijn uitgenodigd in het dorpshuis om mee te denken in het proces en hun eerste ideeën geven. Met enkele sleutelfiguren zijn vooraf persoonlijke gesprekken gevoerd. Op de dag van Ons Hoevelakens Bos & omgeving hebben we ons kamp opgeslagen in een tent in het bos en konden mensen ideeën inbrengen. Een werkteam bestaande uit bewoners en experts is hiermee aan de slag gegaan. Dit heeft geresulteerd in een kansenkaart. Vervolgens zijn we met de kansenkaart letterlijk de markt op gegaan. Hier konden veel mensen hun mening geven over de opbrengst.

In een eerste openbare atelier is vervolgens  verder gewerkt aan de basis voor de ontwikkelingsvisie. De avond werd voorbereid door het werkteam. Tijdens het tweede openbare atelier is de concept ontwikkelingsvisie aangescherpt en zijn dilemma’s nader uitgewerkt. Tijdens het hele proces werden regelmatig nieuwsbrieven verstuurd en kon iedereen het verloop van het project volgen op de projectwebsite.

De ontwikkelingsvisie is het resultaat van een proces van maanden interactieve planvorming. De tussenresultaten zijn steeds gedeeld en opgenomen op de projectwebsite. In de ontwikkelingsvisie zijn belangen en ideeën van alle betrokkenen door de opstellers afgewogen. Er is een visie ontwikkeld die antwoord geeft op het doel van de opgave. In het proces was vaak consensus maar soms was er sprake van meningsverschillen en dilemma’s. Daarin hebben de opstellers keuzes gemaakt waarbij ze het overkoepelende doel van het project leidend lieten zijn. Dit in overleg met de gemeentes Nijkerk en Amersfoort en Stichting Geldersch Landschap en Kasteelen. De keuzes werden voorgelegd aan het openbaar atelier. Als begrip ontbrak werden keuzes heroverwogen en/of beter onderbouwd.

Het resultaat is een breed gedragen ontwikkelingsvisie.





Zonering

Het Hoevelakense Bos kent een grote diversiteit aan gebruikers. Mensen wandelen er met of zonder (loslopende) hond, wandelen met hun kleine kinderen, lopen er hard, rijden er paard of maken gebruik van de fietsroute door het bos. Met een toenemend aantal bezoekers is het onvermijdelijk dat de verschillende gebruiksvormen soms met elkaar in conflict komen. Mensen schrikken van een ruiter te paard, ervaren overlast van loslopende honden of horen een fietser niet aankomen.

Op verschillende manieren proberen we in deze visie iedereen een plek in het bos te geven. Enerzijds verminderen we de recreatiedruk door het Hoevelakense Bos uit te breiden. Anderzijds is het zaak om te kijken of bezoekers in het bos moeten zijn of dat het bos onderdeel is van een functionele route van huis naar werk of school. Verder stellen we zonering voor waarbij het duidelijk is welke medegebruikers van het bos je tegen kunt komen: fietsers, ruiters, wandelaars met loslopende hond, wandelaars met hun hond aan de lijn en wandelaars zonder hond. Op die manier streven we naar een duidelijke en veilige situatie en voorkomen we conflicten in het gebruik. Het is onvermijdelijk dat daarbij rigoureuze keuzes worden gemaakt.

Verreweg het grootste deel van de bezoekers van het Hoevelakense Bos bezoekt het bos om er een wandeling te maken en te genieten van de historie en de natuur. De ambitie is dan ook om het Hoevelakense Bos & Omgeving wandelen prioriteit te geven. Het fijnmazige netwerk van wandelpaden blijft voor het overgrote deel dan ook in tact. Een enkel pad wordt verlegd zodat het weer de historische lijnen volgt. Het historische padenpatroon is bron van inspiratie bij het herstellen van de padenstructuur. Soms wordt een pad terug gelegd op de oorspronkelijke plaats en/of versmald naar de originele breedte. Veel paden zijn door intensief gebruik en plasvorming steeds breder geworden. In andere gevallen, zoals bij het ‘sterrenbos’, maken nieuwe schakels in het netwerk het gebruik van de historische paden weer mogelijk. Bovendien is het goed denkbaar dat de padenstructuur in dit van oorsprong strakkere, formele parkdeel wordt uitgevoerd in halfverharding. Hiermee kan het formele ‘sterrenbos’ zich onderscheiden van de meer romantische, natuurlijke parkaanleg in de rest van het Hoevelakense Bos.

 









Vervolg

Na het vaststellen door de gemeenteraad wordt de ontwikkelingsvisie uiteengerafeld in uitvoeringsprojecten. De uitvoeringsprojecten worden in een atelier dat voorbereid wordt door het werkteam benoemd en geprioriteerd. Voor elk project wordt in het uitvoeringsplan in elk geval vastgelegd: het doel (bijdrage aan de realisatie van de visie), de trekker, de betrokkenen en de financiering. Voor de projecten waarbij overheid, burgers, burgerinitiatieven, belangengroepen en/of marktpartijen samenwerken worden vervolgens in bilaterale overleggen intentieovereenkomsten voorbereid.

Uitvoering van de visie vindt plaats op basis van vrijwillige medewerking van grondeigenaren. Geldersch Landschap en Kasteelen is een van belangrijkste grondeigenaren van het gebied. Met hen is steeds intensief overleg gevoerd over de ontwikkelingsvisie.



Bouwstenen voor toekomstige ontwikkelingen

Om grip te krijgen op de belangrijkste waarden van de polder hebben we de belangrijkste kwaliteiten beschreven in een zestal leidende thema’s. Deze vormen de bouwstenen van de polder en zijn kaderstellend voor nieuwe ontwikkelingen:

– Zorgvuldig geplande dijkenring
– Haarvaten van de polder: vaarten, tochten en sloten
– Hiërarchie van wegen ingezet voor het maken van ruimte
– Kernen en erven vormen eilanden in een zee van ruimte
– Fruitteeltgebieden als kleinschalig landschap rond de kernen
– Compositie van dijk, natuur en recreatie tussen oud en nieuw land

Toekomstige ontwikkelingen in de polder kunnen met deze biografie van oostelijk Flevoland in de hand zodanig vorm worden gegeven dat recht wordt gedaan aan het bijzondere gedachtegoed dat aan de inrichting van de polder ten grondslag ligt.





  • Kenmerken
Kenmerken

Landschappelijke kwaliteit van Oostelijk Flevoland

Locatie: Dronten, Flevoland

Opdrachtgever: Gemeente Dronten

Status: Onderzoek

Periode: 2023

Thema: Erfgoed, landschap, onderzoek, overheden



Biografie van een jonge polder


IMG_5555-1280x853.jpg


Energiesysteem 2050 in de regio

Europa en Nederland hebben zich tot tot doel gesteld om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Om een nieuw en duurzaam energiesysteem te ontwikkelen hebben we dus nog 25 jaar de tijd. Als we in 2050 klimaatneutraal willen zijn vraagt dit om een samenhangend en meerjarige strategie voor de opwek, gebruik, transport en opslag van energie.

Om dit te realiseren startte het ministerie van Klimaat en Groene Groei het Programma Energiesysteem 2050. Een onderdeel van dit programma is het opstellen van een Nationaal Plan Energiesysteem.

Wij ondersteunen de betrokken ministeries en de uitvoeringsorganisatie Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) bij het inzichtelijk maken van de ruimtelijke implicaties van de energietransitie. Zo kan er tijdig beleid ontwikkeld worden om vraag en aanbod van energie samen te brengen en een plek te bieden aan de benodigde voorzieningen die horen bij een duurzame energie-infrastructuur. Denk daarbij aan ruimte voor omvormers, electrolysers, waterstofleidingen, converterstations en hoogspanningsstations.

Het Programma Energiehoofdstructuur laat zien welke nieuwe nationale energie-infrastructuur nodig is richting 2050 en waar deze geplaatst kan worden. Het vormt de basis voor de dialoog met gemeenten, provincies, havenbedrijven en netbeheerders. Ook geeft het Programma Energiehoofdstructuur kaders om zorgvuldig om te gaan met de ruimte, natuur, cultureel erfgoed en leefbaarheid.

In regionale dialoogsessies gaan we het gesprek aan met lokale stakeholders. Hofstra|Heersche faciliteert dit gesprek door inbreng van ruimtelijke expertise, zowel op kaart als in het proces.





  • Kenmerken
Kenmerken

Energietransitie 2050 in de regio

Locatie: Nationaal

Opdrachtgever: RVO

Partners: –

Status: Beleid

Periode: 2025 – 2025

Thema: Overheid. Beleid. Energie. Duurzaamheid.


Grip op ruimtelijke vraagstukken rond de energietransitie


Collage-entree-Benderse-191222-kopieren-1-1280x853.jpg

Ruinen

Provincie Drenthe, gemeente De Wolden, gemeente Westerveld, Natuurmonumenten, Europarcs en Recreatieschap Drenthe gaan een kwaliteitsimpuls geven aan het gebied tussen de entree van het Dwingelderveld en de kern Ruinen. Doel is dit gebied nog beter in te richten voor bezoekers en inwoners.


Trekker van formaat

Het Nationaal Park Dwingelderveld is het grootste aaneengesloten natte heidegebied van West-Europa. Ruinen functioneert als zuidelijke toegangspoort tot het natuurgebied. Het gebied rond Ruinen, met een bezoekerscentrum van Natuurmonumenten en een schaapskooi trekt hiermee veel bezoekers. Het bezoekerscentrum in Ruinen trekt momenteel jaarlijks circa 180.000 bezoekers. Ook de nabijgelegen vakantieparken ontvangen jaarrond steeds meer gasten.

De gebiedsontwikkeling Ruinen – Dwingelderveld geeft een kwaliteitsimpuls aan het gebied tussen de kern van Ruinen en het Nationaal Park. De maatregelen beogen een goede balans tussen de verschillende functies in het gebied. Hofstra|Heersche heeft op basis van een landschappelijke analyse voorstellen gedaan om de recreatieve infrastructuur te optimaliseren en de beleving van het Nationaal Park ook in het tussengebied te versterken.

De heide vormt de topattractie van Ruinen. Alle fietsers, wandelaars en automobilisten komen samen op hetzelfde punt. Dit leidt niet tot problemen, wel tot grote druk(te).
Door de uitvoering van een samenhangend pakket aan maatregelen zijn we in staat de bezoekers te spreiden, langer vast te houden, de heide te ontslasten en Ruinen op de kaart te zetten als de Poort naar het Nationaal Park Dwingelderveld.









In het entreegebied worden kansen benut om nieuwe natuur te ontwikkelen en de recreatieve routing te verbeteren. De schaapskudde trekt geregeld rond door het gebied. De realisatie van een schaapsdrift tussen heide, Europarcs en de kern van Ruinen maakt het Nationaal Park beleefbaar tot aan de kern van Ruinen.





  • Kenmerken
Kenmerken

Ruinen

Locatie: Gemeente de Wolden, Drenthe

Opdrachtgever: Provincie Drenthe

Status: Participatie

Periode: 2023



Beleefbare natuur op bijzondere locatie


HVTB-luchtfoto-bombardement-1280x853.jpg

Havelterberg

Beleefbare historie te midden van de natuur


Vliegveld in Drenthe

De Havelterberg kent een rijke geschiedenis. Het gelaagde landschap dat daarvan het gevolg is, is in en om het plangebied nog afleesbaar. Zo liggen er in de nabijheid van het plangebied hunebedden, zijn er in de ondergrond resten van Celtic Fields en prehistorische woonplaatsen en boerderijen te vinden en hebben er twee grafheuvels gelegen.

Ter plaatse van het plangebied zijn veel sporen uit het verleden verdwenen. Reden hiervoor is dat het gebied ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd ingericht als vliegveld. Daartoe is het maaiveld behoorlijk op de kop gezet: delen van de Havelterberg zijn (of lijken) vergraven, terwijl andere delen zijn opgehoogd. Zo ontstond een vlak en stabiel maaiveld waarop een landingsbaan en verschillende rolbanen met daaraan gekoppeld hangars konden worden gerealiseerd.







Van bommenwerper tot orchidee

Het vliegveld is tegen het einde van de oorlog verschillende malen gebombardeerd door zowel de Engelsen als de Amerikanen. Toch is met name de laag uit de Tweede Wereldoorlog nog goed te beleven. Luchtfoto’s uit die tijd laten een waar slagveld zien met talloze bomkraters. Ze liggen vandaag de dag als poelen in het landschap.

De start- en landingsbaan heeft zich in de loop der tijd ontwikkeld tot een waardevol schraalland met daarin verspreid solitaire bomen en boomgroepen. De rolbanen die vanaf de kop van de landingsbaan naar de noordelijk gelegen hangars lopen zijn, net als de hangars, nog herkenbaar in het landschap.



De Havelterberg als bestemming

Het gebied wordt goed gevonden door bezoekers, het kan er een drukte van jewelste zijn. In een betrekkelijk klein gebied gebeurt dan ontzettend veel. Mensen op weg naar het bezoekerscentrum, de schaapskooi, een Vlindertuin en een prehistorische woning banen zich een weg door het gebied. Fietsers, mountainbikers, ruiters en wandelaars delen de paden. Daarbij komt het voor dat verschillende gebruikersgroepen elkaar soms in de weg zitten.

Met een gericht pakket aan maatregelen willen we de natuurwaarden bevorderen, de waterhuishouding op orde te brengen en het recreatief gebruik in het gebied beter inrichten. Zo willen we de waardevolle schraallanden en heidevelden in de nabije omgeving van het plangebied op een robuuste manier met elkaar in verbinding brengen. Met subtiele ingrepen proberen we de ecologische potenties maximaal te benutten terwijl we de tegelijkertijd de gelaagdheid van het landschap inzichtelijk en beleefbaar maken.







Start- en landingsbaan

Zo willen we de rolbaan terugbrengen in zijn volle breedte van 15 meter en uitvoeren als zandweg. Door zijn breedte biedt de rolbaan plaats genoeg aan wandelaars, ruiters en mountainbikers. Oude bomkraters worden uitgediept ten behoeve van het leefgebied van de kamsalamander. Het bestaande smalspoor wordt benut om de schaapskudde van de schaapskooi naar de schraalgraslanden te leiden. Ook de relatie tussen hangars en rolbanen wordt beter afleesbaar. Al vanaf grote afstand kijk je hierdoor in de hangar, een beeld dat talloze piloten vanuit hun cockpit ook gehad moeten hebben.







Verdrogingsbestrijding

Het oostelijk van het plangebied gelegen Uffelterzand heeft in toenemende mate last van verdroging. Het is wenselijk om zoveel mogelijk water, afkomstig van de Havelterberg, ten goede te laten komen van dit gebied. Het bosgebied ten noorden van het plangebied wordt bij voorkeur omgevormd tot een halfopen parkbos. Hierdoor ontstaat een min of meer open verbinding tussen het droge schraalgrasland aan de noordzijde van dit bos en het plangebied. Essentieel voor vlinders en andere insecten.

Om de recreatieve knoop nabij de parkeerplaats te ontwarren bestaat de wens een nieuw wandelpad over het grasveld in het verlengde van de start-/landingsbaan te realiseren. Dit leidt dit er toe dat wandelaars bij hun entree tot het gebied recht voor de rolbaan worden ‘gepositioneerd’, net als in vroeger tijden de jachtvliegtuigen. Om vervolgens op te stijgen in dit prachtige gebied.



  • Kenmerken
Kenmerken

Havelterberg

Locatie: Havelte, Drenthe

Opdrachtgever: Prolander

Status: Inrichtingsvisie

Periode: 2022



Militaire natuur


Dronten-QS-luchtfoto-0154-1280x853.jpg

Landschappelijke kwaliteit van Oostelijk Flevoland

Bouwstenen voor ontwikkeling van een jonge polder


‘Je gaat pas zien als je het doorhebt’

Je gaat het pas zien als je het doorhebt’ is een veel gebruikte uitdrukking, geïntroduceerd door Johan Cruyff. Een uitdrukking die zeker ook van toepassing is op de polder. Want voor velen is de polder ‘het landschap van de grote maten’. Maar je gaat het pas zien als je het doorhebt. Het landschap van de Flevopolders is tot stand gekomen na wikken en wegen, na eindeloos discussiëren, na talloze inrichtingsschetsen. Een leeg canvas dat gevuld moest worden. Waar een maatschappij ontwikkeld moest worden en dat binnen enkele jaren moest functioneren als het oude land, dat voor deze ontwikkeling honderden jaren de tijd had.

Om de gemeente te helpen bij beleidskeuzes hebben we landschappelijke kwaliteit van de polder gepoogd te doorgronden en in beeld te brengen. Daarbij hebben wij geprobeerd de ontwerpgedachten bij het landschap van Oostelijk Flevoland, van de grote lijn tot het boerenerf, bij elkaar te brengen in een beknopte biografie.







Nieuw land als spiegel van een tijdsbeeld

De polder die volgde op de Noordoostpolder was Oostelijk Flevoland. Aanvankelijk was dit een op zichzelf staande polder. Pas later werd Zuidelijk Flevoland er tegenaan gelegd. Een uitbreiding die overigens van begin af aan gepland was. Ten opzichte van de NOP ging het hier niet langer alleen maar om het realiseren van landbouwgrond. Veel meer werd de polder als een multifunctioneel landschap opgevat. Daarbij was er aandacht voor zowel agrarische productieruimte als een aantrekkelijke woon- en werkomgeving. Reeds in de jaren zestig van de vorige eeuw waren de grote lijnen van het te realiseren landschapsbeeld vastgelegd. Daarna volgden de, soms door deskundigen zwaarbevochten uitwerkingen.





Een zee van ruimte

De beplantingen in Oostelijk Flevoland brengen, veel nadrukkelijker dan in de vorige polders, de eenheid van het gebied tot uiting. Onder andere doordat het areaal agrarische productiegrond zoveel mogelijk open is gehouden en de hoofdstructuur van de polder, bestaande uit kanalen en hoofdwegen en de polderranden met beplantingen werden geaccentueerd.

Dudok, als stedenbouwkundige betrokken bij de Zuiderzeewerken, formuleerde reeds in 1940 de wens om bosgordels aan te leggen in het nieuwe land. Het idee van de bosgordels was geïnspireerd op Amerikaanse Parkways. Deze bosstroken konden ‘de illusie van eindeloosheid wekken zodat de mensch er zich in verliezen kan’. Dudok streefde hiermee naar een synthese tussen de ‘rationele ingenieursarbeid’ en ‘bredere humane overwegingen’ waarin de schoonheidsdrang aan de dag treedt. ‘Een land van deze geweldige omvang mag niet een te eenzijdig agrarisch polderkarakter dragen. Hier moeten veelzijdige en harmonische landschappelijke kwaliteiten worden gewekt.’







Geleding van de ruimte

Het uiteindelijke landschap in Oostelijk Flevoland wordt bepaald door een aantal krachtig aangezette hoofdlijnen. Deze hoofdlijnen worden gevormd door de bosstrook langs de Randmeren en de laanbeplanting langs de hoofdwegen. Deze monumentale lanen, met een wegprofiel van 25 meter, kaderen ruimten in die variëren van drie tot zes kilometer. Daarmee wordt het ruimte-ideaal dat de ontwerpers voor de nieuwe polders voor ogen stond in Oostelijk Flevoland het dichtst benaderd. Dit ideaal is door Piet Kelder als volgt verwoord: ‘vanuit de beschutting van een laan uitkijken over een weidse ruimte, die toch meetbaar is door de bosrand aan de horizon’. Het landschapsconcept van Oostelijk Flevoland blijkt een grote mate van flexibiliteit te hebben, doordat het landschappelijk raamwerk is losgekoppeld van het landbouwkundig gebruik: cascoplanning avant la lettre.







Kernkwaliteiten

Sinds de inrichting van Oostelijk-Flevoland, nu ongeveer 60 jaar geleden, is er veel veranderd. Vanzelfsprekend heeft dat geleid tot ingrepen in het zorgvuldig ontworpen polderlandschap. Binnen de gemeente Dronten is een flink deel van de oorspronkelijke ideeën en plannen nog herkenbaar. Vaak zelfs vormen ze de kernkwaliteiten van de gemeente. Kwaliteiten die nu en dan onder druk staan, maar nog wel staan. Soms dienen de kwaliteiten versterkt te worden om recht te doen aan de oorspronkelijke opzet, soms is er behoefte aan een nieuwe, hedendaagse invulling om ook in de toekomst de kwaliteiten te kunnen waarborgen.



Om grip te krijgen op de belangrijkste waarden van de polder hebben we de belangrijkste kwaliteiten beschreven in een zestal leidende thema’s. Deze vormen de bouwstenen van de polder en zijn kaderstellend voor nieuwe ontwikkelingen.

Toekomstige ontwikkelingen in de polder kunnen met deze biografie van oostelijk Flevoland in de hand zodanig vorm worden gegeven dat recht wordt gedaan aan het bijzondere gedachtegoed dat aan de inrichting van de polder ten grondslag ligt.





  • Kenmerken
Kenmerken

Landschappelijke kwaliteit van Oostelijk Flevoland

Locatie: Dronten, Flevoland

Opdrachtgever: Gemeente Dronten

Status: Onderzoek

Periode: 2023



Biografie van een jonge polder


Vledder-Aa-Schetsontwerp-2-1280x905.jpg

Herinrichting Vledder Aa

Ontwerp voor een hedendaagse natuurlijke beek


Ruimte voor een natuurlijk beeksysteem

De Vledder Aa is onderdeel van het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Een netwerk dat natuurgebieden met elkaar verbindt. In dit project ontwerpen we in opdracht van en samen met Prolander meer dan 200 hectare nieuwe natuur. Met de inrichting geven we ook invulling aan de ‘Kaderrichtlijn Water’ en de opgave ‘Waterberging 21e eeuw’.

De herinrichting van de beek en het beekdal sluit tevens aan op de opgave van het waterschap om het gebiedseigen water zoveel mogelijk in het gebied vast te houden. Zo is er voldoende water in droge periodes.

Ook aan de gebruikers van het landschap wordt gedacht. De herinrichting van de Vledder Aa biedt kansen voor recreatieve voorzieningen die passen bij de nieuwe natuur. en bijdragen aan de beleving van het Drentse landschap. Na een intensief en betrokken planproces met partners en bewoners is het inrichtingsplan bestuurlijk vastgesteld. Het streven is de hernieuwde Vledder Aa in 2025-2026 uit te voeren.







Eeuwenoud landschap

Het landschap dat we vandaag de dag zien en beleven is het resultaat van een eeuwenlange wisselwerking tussen de mens en zijn omgeving.

In Drenthe vormden beekdalen eeuwenlang een onmisbaar onderdeel in de boerenbedrijfsvoering. De lage, natte graslanden werden gebruikt om te hooien en om vee te laten grazen. Het is een agrarisch landschap ten voeten uit. Alle onderdelen van het landschap waren met elkaar verbonden en hadden een eigen functie in het landbouwsysteem.

De esdorpen Vledder, Doldersum en Wapse hadden elk een eigen deel van het beekdal van de Vledder Aa in gebruik. Het beekdal werd door de boeren verkaveld in lange, smalle percelen. Hiervoor werden sloten gegraven, loodrecht op de Vledder Aa. Door al die smalle percelen kreeg het beekdal het open karakter zoals wij het vandaag de dag kennen.



Naoorlogse ruilverkaveling

Van oorsprong is de Vledder Aa een langzaam stromende, kronkelende beek. Na de Tweede Wereldoorlog ging de beek op de schop als onderdeel van de ruilverkavelingen. Onder het mom van ‘nooit meer honger’ moesten technische maatregelen de landbouw efficiënter maken. Daarvoor moest de afwatering worden versneld. Niet alleen werd de Vledder Aa rechtgetrokken en verdiept (normalisatie). Ook werden er diepe sloten gegraven om percelen voldoende droog te maken. Smalle kavels werden samengevoegd, overbodige kavelsloten gedempt en houtwallen gekapt. Zo ontstonden de grote landbouwpercelen die ons herinneren aan de naoorlogse tijdgeest.







Van afvoeren naar vasthouden

De Vledder Aa vindt zijn oorsprong in de natuurgebieden van Drents-Friese Wold. Het is de enige beek in Nederland die ontspringt te midden van natuur. Hierdoor heeft de Vledder Aa verschillende ecologische, hydrologische en landschappelijke potenties. Het zijn kansen die we met een herinrichting willen benutten.

Het doel in dit project is om een natuurlijk en klimaatbestendig beeksysteem te ontwikkelen dat goed past in de omgeving. Onderdeel daarvan is het vertragen en vasthouden van water in het gebied. Ook willen we diepe kwelstromen beter gebruiken, zodat bijzondere planten en dieren weer terug kunnen komen.

Hoe gaat het verloop van de nieuwe beek er straks uitzien? We streven naar een herkenbaar, toekomstbestendig landschap met een rijke biodiversiteit en een gezonde waterhuishouding.





Kansen voor een hoge biodiversiteit

Het beekdal van de Vledder Aa is van oudsher enorme rijk aan planten en dieren. Niet alleen in het water, maar ook op het land. Tot de ruilverkaveling in de jaren ’60 was de Vledder Aa een natuurlijk functionerend watersysteem. Het beekdal kende allerlei overgangen van hoog en droog naar laag en nat. Tijdens de ruilverkaveling werd de beek van zijn bochten ontdaan en verdiept om de waterafvoer te versnellen. Ook werden stuwen geplaatst om het waterpeil te kunnen sturen. Daarmee verdwenen, naast de stroomsnelheid, natuurlijke processen zoals de verplaatsing van zand en slib. Hierdoor verdwenen ook bijzondere soorten die hiervan afhankelijk zijn. De diepe ontwateringssloten voeren het bijzondere kwelwater snel af. Het gevolg is dat vegetatietypen die juist van vochtige omstandigheden en kwel houden niet konden overleven en uit het gebied zijn verdwenen.

Er is veel veranderd in het landschap, maar er liggen mooie kansen. In de sloten wijst een roestbruine kleur op de aanwezigheid van kwel, net als de aanwezigheid van planten als holpijp en dotterbloem. We willen de variatie in het landschap met de bijbehorende rijkdom aan planten en dieren herstellen. Door de waterkwaliteit te verbeteren dragen we ook bij aan de kwaliteit van benedenstroomse natuurgebieden.









Een hedendaagse beek

Met een nieuwe inrichting willen we niet terug in de tijd, maar willen we juist ook vooruit kijken. We werken aan het beekdal en de cultuurhistorie van de toekomst. Daarbij worden we wel geholpen door de gelaagdheid van het gebied. En soms loont het ook wel om oude structuren terug te brengen.

Kijken we door onze oogharen naar het schetsontwerp dan zien we cultuurhistorische elementen terug in het landschap rondom Vledder en Doldersum, met de karakteristieke madegronden en enkele natuurakkers. Indien mogelijk voegen we daar ook het cultuurhistorische gebruik als hooi- en weidegrond aan toe. Het kavelpatroon, gemarkeerd door sloten, houtwallen en singels blijft als laag zichtbaar.

Wat betreft de Vledder Aa zelf vallen we niet terug op een oude loop. En eigenlijk past dat ook wel, want grondradaronderzoek heeft uitgewezen dat er van één loop geen sprake is. Wij ontwerpen een beekloop die past bij het huidige systeem. Met een beekloop op de diepste delen van het dal. Bovenloops heeft de beek het karakter van een doorstroomoeras. Waar het beekdal echt verloop begint te krijgen ontstaat langzaam maar zeker een stromende beek. De loop hiervan meandert zorgvuling om archeologisch waardevolle locaties heen.

Al met al werken we aan een robuust en eigentijds beekdal dat de uitdagingen van deze tijd, onder andere op het gebied van klimaat, waterberging en ecologie aan kan. Het rijke verleden is daarbij een belangrijke inspiratiebron.



Interactief planproces

Het schetsontwerp is in participatie met de streek en specialisten tot stand gekomen. Zo organiseerde we een fietstocht en een aantal wandelingen door het plangebied voor geïnteresseerden. Wensen, ideeën en kennis die hier is opgehaald is ingebracht in het proces en verwerkt in het schetsplan.

De belangrijkste basis voor het ontwerp is gelegd in een tweetal schetssessies op locatie. Tijdens deze bijeenkomsten is met gebiedspartijen, de gebiedspartners en de specialisten van Hofstra|Heersche landschapsarchitecten en opdrachtgever Prolander geschetst aan het beekdal van de Vledder Aa. Daarbij zijn we in het ontwerptraject continue gevoed door het beschikbaar komen van de resultaten van onderzoek dat in het gebied heeft plaatsgevonden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een grondradaronderzoek dat de ondergrond gedetailleerd in kaart heeft gebracht.

Het ontwerp brengt de hele oogst bij elkaar in een uitgewerkt inrichtingsplan dat de uitkomst vormt van het zorgvuldig doorlopen proces en tegelijkertijd een functionerend en samenhangend plan vormt.







De meest actuele informatie over de Vledder Aa is te zien in de interactieve Storymaps die we samen met Prolander hebben samengesteld.



  • Kenmerken
Kenmerken

Middenloop Vledder Aa

Locatie: Vledder, Drenthe

Opdrachtgever: Prolander

Partners: Witteveen en Bos, Medusa

Status: Definitief ontwerp

Periode: 2021-2025



Genormaliseerde beek zoekt de ruimte


zoom_0.mp4.03_47_08_03.Still001-1280x905.jpg

Samen werken

Wij staan een creatieve manier van werken voor. Daarom zetten we al onze vindingrijkheid in om samen plannen te kunnen maken, bewoners te betrekken en besluitvormingsprocessen niet te vertragen. Online en offline.


Samenwerken als expertise

Wij hebben ons sinds onze oprichting bekwaamd in samenwerkingsprocessen. Zo maken wij ontwerpen met én voor mensen. Een wezenlijk onderdeel van onze aanpak is de intensieve interactie met de projectomgeving. Bij voorkeur in het veld. Of anders op locatie rond een kaart aan tafel.

De coronacrisis noopte ons onze aanpak, samenwerkingsvormen en werkwijzen tegen het licht te houden en aan te passen op nieuwe situatie. Dat ging aanvankelijk nog wat onwennig en met lichte tegenzin. Tegelijkertijd kunnen we constateren dat we inmiddels bedreven zijn geworden om online en op een creatieve manier samen te werken. Zo kunnen we onze interactieve aanpak en diensten onverminderd zelfs op afstand blijven inzetten.

Met de technische tools en ervaring om samen op een creatieve manier planprocessen te doorlopen. In elke omvang en in elke vorm.







Naar buiten!

Meer nog dan ooit tevoren organiseren wij sinds corona onze bijeenkomsten buiten. Dat was al effectiever en leuker, maar sindsdien ook gezonder.

Ons mobiele kantoor met alle benodigde middelen nemen we, samen met onze mooie verhalen, gewoon mee. We vinden altijd wel een geschikte locatie. Want rond een lange picknicktafel of in een grote kring in de buitenlucht is het goed overleggen. Het vergroot de betrokkenheid van de groep, binding met het gebied en zicht op de mogelijkheden.

Eropuit!



XL : maak het groter!

Als we niet naar buiten kunnen verschalen we onze middelen. Zo passen we onze omgeving aan op onze werkwijze.

Een kantoor wordt een zaaltje. A4 wordt een poster. En als de opkomst groot is, werken wij nog groter. Hiervoor werken we samen met een opdrachtgever een corona-bestendig draaiboek uit voor participatie.

Zo hebben we met succes midden in corona-tijd een workshop georganiseerd voor 30 deelnemers. Hiervoor hebben we reusachtige kaart geplot en de ruimte van een gymzaal benut. Deze bood voldoende ruimte om goed samen te kunnen werken zonder dat de afstandsregels in het gedrang zouden komen.







Samen digitaal

Tegelijkertijd zien wij ook dat veel van het analoge overleg ook post-corona is verschoven naar een online omgeving. Wij hebben een waaier aan mogelijkheden om deze online bijeenkomsten te faciliteren. Afgestemd op de cliënt kiezen we voor een bepaald platform: zoom, meet, miro, teams, u zegt het maar.

Naast het bijdragen aan een regulier overleg zijn we in staat online interactieve presentaties te geven. Met Miro zijn we in staat in werkgroepverband te tekenen op dezelfde ondergronden en tezamen onderwerpen in beeld te brengen en te bespreken. Tot slot kunnen we ook onszelf streamen terwijl we aan het werk zijn op een analoge of digitale ondergrond, zodat iedereen online mee kan kijken met ons werk en we nog persoonlijker van gedachten kunnen wisselen.







Het beste van twee werelden

Door te blijven vernieuwen bieden we effectieve en boeiende interactieve online werkvormen. Zo kunnen we samen brainstormen met geeltjes, iets in stemming brengen, in deelsessies uiteengaan en samen op de kaart tekenen.

Ook zijn we in staat om analoog en digitaal werken te combineren. Dan werken we in een studio-opstelling vanuit kantoor aan onze schetsen en tekeningen, en filmen we onze vorderingen live. Deze stream is onderdeel van het digitale overleg.

We denken graag met u mee om te komen tot de meest geschikte werkvorm.



Creatief op afstand


Eelink_2020-Basiskaart-A0-1op1000-230120_DEF-1280x905.jpg

Villawijk landgoed Eelink

Op landgoed Eelink in Winterswijk is het mogelijk zelf je huis te bouwen aan de oevers van de Wehmerbeek. Wij stellen de kaders voor de gebouwde en landschappelijke kwaliteit.


Wonen in het landschap

‘Landgoed Eelink’ is een villawijk die wordt gerealiseerd aan de zuidkant van Winterswijk. Het gebied heeft alle kenmerken van het karakteristieke landschap van Winterswijk: de slingerende Wehmerbeek, fraaie, oude beplantingsstructuren en karakteristieke erven.

In het beeldkwaliteitsplan zijn deze kwaliteiten aangegrepen om te komen tot een landschappelijk kader waarbinnen initiatiefnemers op ruime kavels hun eigen woning kunnen bouwen.







Streekeigen

Landgoed Eelink is gelegen in een waardevol en karakteristiek Winterswijks coulissenlandschap. Je zou kunnen zeggen dat alle karakteristieke elementen uit de streek op deze locatie samenkomen: boerenerf ‘Den Harden’, een kleinschalig agrarisch kampje, de groenblauwe dooradering van de meanderende Wehmerbeek en de aanwezigheid van een groene dooradering van bos en houtwallen.

De ontwikkeling van Landgoed Eelink moet bijdragen aan behoud en versterking van de aanwezige landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten. Hiertoe zijn voor de kavels die grenzen aan de verschillende bestaande landschappelijke waarden specifieke regels opgesteld.



Stedenbouwkundig plan

Het stedenbouwkundig plan gaat nader in op de verkaveling van de wijk. Per kavel hebben we een bouwvlak vastgesteld met kaders waarbinnen hoofdgebouw en bijgebouw(en) geplaatst dienen te worden.

Vervolgens gaan we in op de regels ten aanzien van beeldkwaliteit, waarbij we beginnen met het landschappelijke kader op de kavels. Hiermee borgen we dat het lommerrijke en karakteristieke landschap behouden blijft en zich verder kan ontwikkelen. Bomen die we nu aanplanten kunnen zich immers ontwikkelen tot het monumentale groen van de toekomst.









Percelen grenzend aan het landschap

Groene dooradering (bos, houtwallen en opgaand groen)
Het landschappelijk raamwerk van opgaand groen is in de eerste plaats belangrijk voor flora en fauna, waaronder een lokaal aanwezige vleermuizenkolonie. Daarnaast is de groene dooradering bepalend voor de groene uitstraling van de wijk. Bestaande houtwallen, opgaand groen en bos worden daarom duurzaam in stand gehouden.

Het dal van de Wehmerbeek
De Wehmerbeek is het benedenstroomse deel van de Vossenveldsbeek en stroomt na Winterswijk uit in de Groenlose Slinge. Het is een zogenaamde ‘plateaubeek’: een bijzonder type laaglandbeek welke is gelegen in een smal beekdal in een halfopen tot besloten landschap. Karakteristiek zijn de vele meanders, de aanwezigheid van oeverwallen, steilranden, holle oevers en oude beekarmen. Bij de herinrichting van de Wehmerbeek zijn poelen, bossages en plas-drasbermen ingericht. De aanwezigheid van opgaande beekbegeleidende beplanting is waardevol vanwege de beschaduwing van de beek. Ook brengt de vegetatie structuur aan in de beekoevers door doorworteling, stronken en overhangende takken.
De Wehmerbeek heeft een belangrijke rol voor de afvoer van overtollig (regen)water. Daarnaast heeft de beek sinds de herinrichting ecologische waarde voor het gehele beekecosysteem en een verbindende functie voor de uitwisseling van planten en dieren tussen leefgebieden boven- en benedenstrooms. Bijvoorbeeld voor de beekforel en de kamsalamander. Tot slot draagt de Wehmerbeek bij aan de landschappelijke en recreatieve belevingswaarde voor bewoners en recreanten.

Agrarisch erf ‘Den Harden’
In het verleden behoorde ‘Den Harden’ tot het gezamenlijk eigendom van de familie Huitink. Zij bezaten eveneens de hofsteden Aolbrink, Harmsman en de boerderij Alves. De geschiedenis van het erf gaat terug tot de eerste helft van de 19e eeuw.
De bouwopgave van Eelink-Noord ligt voor een belangrijk deel op de voormalige hoge akkergronden van Den Harden. Om het historische erf voldoende tot haar recht te laten komen zijn er regels opgesteld voor de belendende bouwkavels.


Lokale kwaliteit

Om te komen tot een echte Winterswijkse architectuur hebben we de bestaande architectuur van Winterswijk in beeld gebracht. Concluderend zou je kunnen stellen dat Winterswijk een traditie heeft in het bouwen van bijzondere gebouwen, zowel woningen en stadsvilla’s als industriële gebouwen en boerderijen. Zeker voor de monumentale bebouwing binnen de bebouwde kom geldt dat hier (bijna) altijd een meer of minder bekende architect bij betrokken is. Voor de bebouwing in het buitengebied is dit niet altijd zo, in ieder geval is het niet altijd bekend. Met betrekking tot de scholtenboerderijen geldt wel dat het vaak onderscheidende gebouwen zijn, zowel in grootte als in vormgeving en mate van detaillering.

Ook voor Landgoed Eelink hebben we de ambitie gesteld een bijzondere villawijk met een onderscheidend karakter te ontwikkelen: de monumenten van de toekomst.

Hierbij beogen we groene wijk met volwaardige, herkenbare, complexe en volumineuze kapvormen ten bate van de uniciteit van elke afzonderlijke woning. Afgezwakte vormen van de hoofdvorm worden door deze regels uitgesloten.

De samenhang wordt gewaarborgd door een palet aan hoogwaardige en duurzame materialen. Baksteen en hout zijn veel voorkomende bouwmaterialen in Winterswijk. In mindere mate wordt ook wel natuursteen (zandsteen of leisteen) gebruikt. Baksteen en hout vormen ook voor Landgoed Eelink de belangrijkste basis.






Architectuur met aandacht en ambacht

Een nieuwe villa op landgoed Eelink dient kwaliteit en een zekere allure uit te stralen. De nieuwbouw van een onder architectuur gebouwde villa nodigt uit tot het aanbrengen en uitdenken van details die het gebouw verbijzonderen en de uitstraling ervan versterken.

De detaillering kan zich uiten in afwisseling en ritmiek in het metselwerk of het combineren van diverse hoogwaardige materialen in de gevel. Ook zorgvuldig uitgewerkte verhoudingen, de mate van contrast tussen verschillende gebouwdelen en de zorgvuldige materialisering die het karakter van een gebouw versterken zijn voorbeelden van detaillering.










  • Kenmerken
Kenmerken

Villawijk landgoed Eelink

Locatie: Winterswijk, Gelderland

Opdrachtgever: Gemeente Winterswijk

Partners: WBC projecten, JS4EVER

Status: In uitvoering


Landschappelijk wonen in unieke architectuur


error: Content is protected !!